Werk en persoonlijkheidsstoornissen en de effectiviteit van IPS

Onderzoeksartikel: “Employment in Personality Disorders and the Effectiveness of Individual Placement and Support: Outcomes from a Secondary” Data Analysis.

In dit artikel worden de bevindingen beschreven van werk en persoonlijkheidsstoornissen en de effectiviteit van IPS. De bevindingen zijn de uitkomst van een secundaire data-analyse op data van het SCION-onderzoek.

De onderzoekers hebben op basis van de data van de Nederlandse RCT onderzocht of IPS ook effectief is voor mensen met een persoonlijkheidsstoornis. Hierbij zijn 31 mensen met een ernstige psychische aandoening (EPA) en een persoonlijkheidsstoornis vergeleken met 115 mensen met EPA en een psychotische aandoening. In dit exploratieve onderzoek hebben ze gekeken naar de interactie tussen diagnose (persoonlijkheidsstoornis versus mensen met psychotische aandoening) en interventie (IPS versus controle).

De resultaten laten zien dat het type diagnose geen moderator is voor het behandeleffect, wat betekent dat het hebben van een persoonlijkheidsstoornis geen negatieve invloed heeft op het effect van IPS. Dit impliceert dat IPS even effectief zou kunnen zijn voor mensen met een persoonlijkheidsstoornis als voor mensen met een ernstig psychische aandoening.

Toekomstig onderzoek met meer deelnemers zal dit effect moeten bevestigen en moeten onderzoeken of het IPS model aanpassingen zou moeten ondergaan om het ook voor mensen met een persoonlijkheidsstoornis bevorderend te laten werken.

Employment in Personality Disorders and the Effectiveness of Individual Placement and Support: Outcomes from a Secondary Data Analysis
T. T. Juurlink, F. Lamers, H. J. F. van Marle, H. Michon, J. T. van Busschbach, A. T. F. Beekman, J. R. Anema.   Journal of Occupational Rehabilitation https://doi.org/10.1007/s10926-019-09868-9

Deel dit artikel